Vorige week besloten om een rondje door Frankrijk te gaan maken. Net een schilderklus afgerond en wil even een break nemen van een paar weken. Zag beelden op de televisie van de Tour de France en het idee kwam bij me op om een paar bergen te gaan beklimmen. Ik houd van fietsen en de Alp d’Huez en de Mont Ventoux heb ik altijd nog een keer op willen fietsen. Daarnaast wil ik Lourdes gaan bezoeken, de Dordogne doorkruisen en de kuststroken van Normandië verkennen. Een mix van sportief, cultuur, religie en geschiedenis. En dat in een paar weken tijd. Hoe het daadwerkelijk zal verlopen weet ik niet maar des te leuker. Heb alleen voor de eerste twee nachten een appartement geboekt in Le Bourg d’Oisans, een dorp aan de voet van de Alp d’Huez en laat de rest gebeuren. Wil zondagmorgen om 03.00 uur beginnen aan de 1125 km die me te wachten staat en lig vanavond om 21.00 uur in bed met de hoop nog iets te kunnen slapen. En dat lukt wonderbaarlijk genoeg. In alle vroegte vertrek ik. Zie onderweg enkele fietsers huiswaarts rijden na een avondje stappen maar verder is het rustig. Zo ook op de snelweg. Merk wel dat de rust ook een nadeel heeft want mijn biologische klok is niet gewend om wakker te zijn op dit tijdstip en helemaal wakker ben ik niet. Moet eigenlijk mijn best doen om goed helder te blijven. Gelukkig komt de zon om 05.00 uur op ik Maastricht in het vizier heb. Rijd via Luik richting Luxemburg en passeer heel veel Nederlanders die met hun caravan of volgepakte aanhangwagens richting het zuiden gaan. Na midden Nederland heeft het zuiden van Nederland nu ook vakantie en de stroom vakantiegangers is duidelijk op gang gekomen. Aangezien de brandstof in Luxemburg een stuk goedkoper is wil ik daar nog gaan tanken. Ben niet de enige met die gedachte zo blijkt. Bij het eerste tankstation na de grensovergang met België staan auto’s zelfs op de uitvoegstrook van de snelweg te wachten op een tankbeurt. Gewoon bizar om te zien. Dit is dus het begin van je vakantie. Nee, hoe aantrekkelijk het ook is. Dit is voor mij geen optie ook al kan ik deze mensen wel begrijpen. Rijd verder over goed onderhouden tolwegen, door prachtige schilderachtige landschappen en door het zonnige weer is het de hele reis eigenlijk gewoon genieten.
Stop regelmatig omdat ik toch niet voor 16.00 uur het appartement kan betreden dus heb alle tijd heb. Vroeg vertrekken vanmorgen is dus een goede keuze geweest. Eenmaal aangekomen bij het appartement in Le Bourg d’Oisans kan ik met een code de sleutel uit het sleutelkastje halen die naast de voordeur hangt en stap mijn onderkomen voor de komende twee nachten binnen. Het ziet er nog aangenamer uit als op de foto´s op de Airbnb site. Heb via mail nog even contact met de verhuurder maar kan verder mijn gang gaan. Ik vind het heerlijk zo. Geen moeilijk gedoe maar alles op goed vertrouwen. Loop even later richting het centrum om de boel te gaan verkennen. Het ligt op nog geen tweehonderd meter afstand stond er vermeld. Passeer onderweg het gemeentehuis waarvoor op een groot grasveld honderden mensen in wielertenues een gezellige drukte veroorzaken. Nog steeds komen er racefietsers het grasveld oprijden. Ze plaatsen hun racefiets tegen een van de dranghekken en krijgen een warm onthaal. Het is duidelijk een georganiseerde fietsrit gezien de nummers die zijn opgespeld. Een mix van mannen en vrouwen, deelnemers en vrijwilligers. Gelijk een dorpsfeest waar de Franse bourgondische inslag duidelijk de boventoon voert. Zittend aan lange tafels wordt de prestatie met drank en voedsel gevierd. Prachtig om te zien. In het centrum zie ik gevulde terrassen. Ook hier veel mensen in fietskleding en daarnaast ook wandelaars. Fietsen en wandelen. De voornaamste redenen dat men deze streek bezoekt. Merk wel dat ik gezonde spanning voor morgen aan het opbouwen ben. Zoek naar de naamborden waar de route naar de top van de Alp d´Huez begint en vraag nog wat informatie bij het VVV kantoor. Begin echt zin te krijgen om aan deze, voor mij nog onbekende klim, te beginnen. Een viaduct oprijden is namelijk andere koek dan 15,5 km omhoog fietsen met een stijgingspercentage tussen de 8 en 11%. Vraag mezelf soms wel af of ik me niet iets beter had moeten voorbereiden, ondanks dat ik wel redelijk kan klimmen. Maar dat is info van jaren geleden. Morgen zullen we alle antwoorden vinden. Heb ondertussen honger gekregen. Eet pasta bij een van de restaurants terwijl ik de laatste veertig kilometer van de Tour de France aanschouw op het grote tv scherm dat er hangt. Zie de Nederlander Wout Poels de zware bergrit winnen als toetje op deze mooie dag. Terug bij het appartement maak ik alles gereed voor de grote dag van morgen, want zo voelt het echt. Geef mijn fiets een laatste check up en lig mijn fietskleding klaar. Morgen op tijd ontbijten en voor de warmte van start. Opvallend is dat hier voornamelijk Franse toeristen verblijven. Ook de mensen in de winkels of restaurants blijken vrijwel geen Engels te spreken. Ook weer een bijzondere ervaring. Loop ’s avonds nog wel een rondje maar de drukte is vervlogen. Voor mij ook het signaal om deze lange dag achter me te laten.
Heb heel goed geslapen en stap om 7.30 mijn bed uit. De dag van de waarheid is aangebroken. Voel een gezonde spanning over me, niet wetende of ik dit ongetrainde avontuur aan kan. Wandel eerst naar Café de Paris in het centrum. Een gezellig klein kroegje op de hoek waar ik kan ontbijten was me verteld. Ze zijn wel open maar meer dan droog brood hebben ze niet te bieden. Kan beter naar de bakkerij aan de overkant gaan, zegt de dame achter de bar. Daar hebben ze verse broodjes en dat mag je hier gewoon opeten. Koffie hebben ze er namelijk wel. Zo gezegd, zo gedaan. Ik raak in gesprek met de vrouw terwijl ze me koffie aanreikt. Ze spreekt een klein beetje Engels. Over het dorpje La Bourg d’Oisans en de drukte hier vanwege de Alp d’Huez. Ook over de Alp d’Huzes die in samenwerking met de Nederlandse kankerstichting wordt georganiseerd om geld binnen te halen voor verder onderzoek naar deze vreselijke ziekte. Ook voor haar een zeer aangrijpende en emotionele dag. Alles draait op die ene dag om deze vreselijke ziekte. Het dorp is overspoeld met Nederlanders die hier aan meedoen. Deelnemers dragen shirts met foto’s van dierbaren, vrienden of familieleden die met de ziekte te maken hebben of er dierbaren door hebben verloren. Er moet hier die dag een heel bijzondere energie in de lucht hangen. De verbroedering moet immens zijn en tranen zullen er vloeien. Van blijdschap maar ook van hoop. Ik kan het me allemaal levendig voorstellen nu ik hier ben.
Het is prachtig weer op deze maandagmorgen en rijd rond 9.00 uur richting de voet van de klim. Volg de weg over de rivier en laat me nog even fotograferen door een paar wandelaars bij een naambord die de route aangeeft. Een wielrenner die net aan komt rijden vraagt de dames hetzelfde voor hem te doen. Samen rijden we het eerste stuk op. Het is Rico, een getraind fietser merk ik, die vanuit Denemarken speciaal naar Frankrijk is gekomen om de Alp d´Huez op te fietsen, zo vertelt hij me rijdende vort. Hij heeft z´n oude vader beloofd deze een keer op te fietsen. Het ware verhaal hoor ik later nog want het begint snel steil te worden en heb al mijn energie nodig. Samen omhoog fietsen is lastig en na een paar honderd meter gaat Rico mij voorbij omdat mijn tempo hem toch iets te langzaam gaat. Het is sowieso verstandiger om je eigen tempo aan te houden. Buiten dat is het geen wedstrijd. Het gaat niet om de tijd, maar om het volbrengen.
Ik passeer zelf ook enkele wielrenners maar voel de onwennigheid in mijn spieren die deze inspanning met zich meebrengt. De laatste keer is in Engeland geweest maar dat is alweer vijf jaar geleden en dat waren klimmetjes niet langer dan een paar honderd meter. Nee, het is duidelijk afzien op het eerste kilometers met een stijgingspercentage van elf procent. De klim heeft eenentwintig bochten en bij iedere bocht hangt een bord met het bochtnummer zodat je een idee hebt hoe lang je nog moet. Bocht een is boven en eenentwintig de laatste bocht beneden. Zie dat Rico bij bocht 16 langs de kant staat. Ik vraag of het gaat en stop even. Hij heeft last van kramp. Veel te hard van stapel gegaan waarschijnlijk. Denemarken heeft ook vrijwel alleen vlakke wegen en klimmen is voor hem net zo onnatuurlijk als voor mij. Toch gaan we snel weer verder. Zie hem een paar bochten later weer langs de kant staan maar vervolg mijn weg. Het is nog vroeg maar de warmte maakt het behoorlijk lastig. Ben behoorlijk afgepeigerd wanneer ik eindelijk ben bocht 1 in het zicht heb en boven ben wanneer het uur ruim is verstreken. Zie geen finishlijn of monument of iets dergelijks als bevestiging dat de klim volbracht is. Ben ook niet de enige die aan het zoeken is. Terwijl ik over mijn stuur hang om bij te komen stopt er een Ier met deze vraag en later nog enkelen. De top van de Alp d´Huez is volgebouwd met uit hout opgetrokken hotels met een overvloed aan winkels. Een commerciële kermis kun je wel zeggen. Nu voornamelijk bezocht door wandel en fietstoeristen maar in het winterseizoen moet het hier werkelijk een gekkenhuis zijn. Alles draait hier op de wintersporters vanwege het immense skigebied wat hier aan grenst. Maar goed, door al die drukte ook heel veel wegwijzers en naamborden van hotels, restaurants etc waardoor je heel snel dingen mist. Echt scherp ben je ook niet meer na zoveel inspanning. Merk dat ik even moet gaan zitten om bij te komen. Om nu meteen op het asfalt te gaan liggen zoals in de Tour doen na afloop van een rit vind ik een beetje overdreven en dus loop ik naar een bankje even verderop. Ik weet niet waarom maar in de tijd dat ik er zit komen er diverse wielrenners naar me toe met vragen over die finishlijn. Zo ook twee op leeftijd zijnde mannen die net boven zijn aangekomen. Met hen heb ik een half uurtje heerlijk kunnen lachen. Twee Belgen van 64 en 69 jaar oud die als afgetrainde fietsers alle bergen in de buurt op hun duimpje kennen. Omdat het zo leuk is, zeggen ze. Nu zit ik nog in mijn herstelfase en dat leuke kan ik er nou niet echt van inzien. Ze zitten met de hele familie in een appartement verderop. ´s Morgens mogen ze even los om vervolgens in de namiddag weer een wandeling te gaan maken met moeders, oma en de kleinkinderen.
Alvorens terug te gaan maken ze nog een ommetje op de weg terug terwijl mijn spieren blij zijn wanneer ze straks naar beneden niets hoeven te doen. Merk duidelijk dat dit eigenlijk gewoon een betere voorbereiding vereist. Meer kilometers fietsen en ook meer de klimmetjes opzoeken in Nederland. Het zou het in ieder geval een stuk gemakkelijker maken en is waarschijnlijk ook gezonder. Maar goed, de pijn verdwijnt en de herinnering blijft. Laten we het daar op houden. Wanneer ik na een uur een paar honderd meter naar beneden fiets om iets te gaan drinken zie ik Rico in een zijweg staan bij een bushalte. Het laatste stuk is goed gegaan, zegt hij tevreden, maar zijn racefiets heeft nog slechts een versnelling die functioneert. Hij heeft besloten om de bus te pakken, ook al heb je naar beneden helemaal geen versnelling nodig. Als ik hem vertel over de ontbrekende finishlijn blijkt er toch degelijk een te zijn. Iedereen klimt verder omhoog maar je moet in het centrum iets naar rechts afbuigen en dan weer honderd meter links omhoog. Daar staat een grote metalen boog met ”Finish” erop gesmeed. Om het plaatje compleet te maken die laatste meters nog even meegepakt en daarna naar beneden gereden. Doe mijn was bij het appartement en drink bij café de Paris een paar biertjes om deze prestatie positief af te sluiten. Er zit altijd werkvolk die een afzakkertje pakken en toeristen die het terras bezetten. Heb in de avond met Rico uit Denemarken afgesproken om samen bij een pizzeria iets te gaan eten. Ook omdat deze dag gevierd moet worden vanwege het feit dat hij ook nog jarig is vandaag. Rico is 54 jaar geworden. Hoe mooi kun je het afsluiten. Koop nog een aardigheidje voor hem ter nagedachtenis aan de klim en ga op het afgesproken tijdstip naar de pizzeria in het centrum. Blijkt deze gesloten te zijn en ook van Rico geen leven te bekennen. Jammer maar helaas. Eet daarom in een van de andere restaurants en laat deze dag achter me. Wat was het toch een prachtige dag.
Vandaag vervolg ik mijn weg richting het zuidelijker gelegen Barraux. Een klein middeleeuws dorpje waar ik onderdak heb kunnen vinden in het B&B van Nathalie. Barraux ligt twaalf kilometer bij Bedoin vandaan. De plaats waar vandaan ik de klim naar de Mont Ventoux wil beginnen. De meest heftige klim van de drie die met regelmaat op het programma staat van de Tour de France. Ik ontzie de tolwegen en overbrug de ruim tweehonderd kilometer binnendoor. Haast heb ik niet en op deze manier zie ik iets meer van deze omgeving. En dat was een gouden zet want de route loopt langs kronkelende rivieren, door prachtige bergpassen en nostalgische dorpjes. Frankrijk eigenlijk op z’n mooist, als je het mij vraagt. Wanneer ik nog een twintigtal kilometers te gaan heb zie ik de onbegroeide top van de Mont Ventoux met zijn betonnen witte toren heel in de verte opdoemen. Werkelijk zeer indrukwekkend steekt hij boven alles uit. Is dit werkelijk wat ik op mijn verlanglijstje heb staan, vraag ik mezelf af. Voel de stijfheid van gisteren namelijk nog in mijn benen en het aanzicht is angstaanjagend. Eerst maar eens naar Barraux en dan zien we wel verder. Het is 14.30 wanneer ik mijn auto parkeer op de aangeven parkeerplaats en de laatste honderd meter naar de B&B wandel welke iets hoger gelegen is. Rue d’Eglise nummer 40. Ook hier een sleutelkastje met een sleutel om binnen te komen. Barraux is op een heuvel gebouwd en is een oude vesting dat nog stamt uit de middeleeuwen, zo staat beschreven. Op de top een klein kasteel en de huizen zijn er strak omheen gebouwd. Een netwerk van steegjes en stenen trappen verbind alles met elkaar. Met de auto dus niet te bereiken. Ik vind mijn kamer op de tweede verdieping. Een sobere ruimte met twee eenpersoons bedden, een klein wandtafeltje, een stoel en dan gelukkig de ventilator. Ondanks dat de houten luiken van het kleine raam gesloten zijn, is het er bloedheet. Eigenlijk ziet het er een beetje sober uit. Buiten dat blijkt dat, wanneer ik even later een rondje wandel, er hier werkelijk niets te doen is. Zie geen winkels of enige vorm van beweging. Vraag me af of dit wel een goede zet is geweest. Nu is het wel de warmste tijd van de dag, maar toch. Ik besluit met de auto richting Bedoin te rijden. Om de boel een beetje te verkennen voor de dag van morgen maar ook om wat vertier te zoeken. Wanneer ik de deur achter me dicht trek ontmoet ik de eigenaresse Nathalie die met haar E-bike net teruggekomen is van haar werk. Onderuit gezakt zit ze buiten in een ligstoel. We praten even kortstondig maar vertrek al snel richting Bedoin. Te bereiken via een negen kilometer lange smalle bergweg die slingert door het glooiende landschap begroeit met wijnranken en olijfbomen. De omgeving hier is echt prachtig. In Bedoin zijn inderdaad meer toeristen te vinden.
Veel campings in de omgeving en een centrum met leuke barretjes en restaurants. Bij een van de terrassen hangen meerdere tv schermen waarop de Tour de France live te volgen is. Het zit er vol met fiets liefhebbers en dat is ook wel logisch vanwege de Mont Ventoux . Mijn verblijf in Frankrijk is onbewust perfect getimed. Zelf fietsen terwijl deze grote ronde bezig is. Ik zoek een lege stoel en zie even later de Deen Vingegaard de tijdrit winnen. Eet er nog iets en zoek de juiste route voor de klim van morgen. Ik vind het eerlijk gezegd best wel spannend en met deze hoge temperaturen zal het niet meevallen. Terug in Barraux ben ik nog even met Nathalie in gesprek. Een gescheiden vrouw uit Marseille die hier vijf jaar geleden is komen wonen. Ze werkt als zelfstandig therapeut en is verliefd op de stilte hier. Het beste is om zo vroeg mogelijk te vertrekken, zegt ze. Ik zet mijn alarm op 05.00 uur en hoop rond 06.00 uur op de fiets te zitten.
Van slapen komt er helaas niet veel. Het is ondanks de draaiende ventilator zweterig warm en voel de adrenaline van de spanning door mijn lijf stromen. Dan hoor ik rond 04.30 uur gedonder in de verte en zie op mijn telefoon dat er regen en onweer aan zit te komen. Het begint buiten ook harder te waaien. Wanneer ik een kwartier later naar beneden ga zie ik Nathalie in de keuken zitten. Ze was ook wakker geworden. De was van gister hing nog buiten en heeft dit naar binnen gehaald voordat het daadwerkelijk losbarst. Het zal in ieder geval voor een welkome afkoeling zorgen, al hoop ik dat het wegdek snel zal opdrogen. Ook vanwege een veilige afdaling mocht het zover komen. De weersberichten voor vandaag zijn gelijk gisteren en dat betekent zonnig en vierendertig graden. Vertrek in het donker richting Bedoin. Zet mijn auto neer op een parkeerplaats in het centrum en prepareer mijn fiets. Nu wachten tot het licht wordt en dan vertrekken. Het lijkt wel of de buien zijn overgetrokken want er is nog geen druppel regen gevallen.
De lucht klaart ook steeds lichter op en zit om 06.00 uur op de fiets om aan de klim te beginnen. Het eerste stuk nog redelijk vals plat maar dan begint het al snel steiler te worden. Ik ben de eerste heb ik het idee want heb werkelijk nog geen andere fietser gezien. Een koel briesje zorgt voor enige verkoeling en weet een ritme te vinden dat ik lang vol kan houden. Tenminste, dat hoop ik dan maar. De weg slingert door het bos. Onophoudelijk volgen de bochten elkaar op. Knijp met regelmaat een pakje gel leeg om mijn energie aan te vullen want echt voedsel gaat niet lukken. Daarvoor is de helling gewoon te lastig en zou het ritme van mijn ademhaling verstoren. Gewoon blijven malen is het beste. Zie een wielrenner afdalen als teken dat hij al boven is geweest en wordt later door een paar wielrenners ingehaald op weg naar boven. Wanneer na anderhalf uur de boomgrens is bereikt en de witte toren op de kale rotsachtige helling zichtbaar wordt lijkt het alsof het niet lang meer duurt maar dat is vertekenend. Het is het meest lastige stuk vanwege de wind die er over deze kale bergtop raast. Het zijn nog een paar hele zware kilometers maar wanneer ik rond 08.10 de top bereikt heb ben ik minder kapot dan twee dagen geleden bij de Alp d’Huez. Die klim is misschien wel de beste voorbereiding geweest voor de beklimming van deze reus. Op de top is het vrijwel uitgestorven. Slecht een paar wielrenners en een groep jongeren die hier hebben overnacht. Met slaapzakken liggen ze op het plateau. Laat me fotograferen bij het naambord als herinnering en vervolg na een kwartier dezelfde weg naar beneden. Wat een heerlijk gevoel om zonder ook maar enige inspanning naar beneden te gaan. Zeker nu ik zie hoeveel wielrenners er bezig zijn aan de klim. Iets later begonnen dan ik passeer ik vrijwel de gehele weg zwoegende fietsers. Onwetend wat ze nog te wachten staat. Het is 9.00 uur wanneer ik weer bij mijn auto sta na een zwaar maar onvergetelijk avontuur. En ik vind het eerlijk gezegd mooi geweest ook. Rijd terug naar Barraux om een frisse douche te nemen en mijn fietskleding te wassen. Ook prettig dat nu alle mentale spanning is verdwenen. Omdat er in Barraux niets valt te beleven ga ik later in de middag terug naar Bedoin om een zware bergetappe te aanschouwen in de Tour de France onder het genot van een paar glazen bier. Het is tevens mijn afsluiting hier in de Alpen. Morgen vertrek ik richting Lourdes. Een plek die ik altijd nog eens heb willen bezoeken. Om er de energie te voelen die hoop en geloof naar boven haalt bij mensen.
Heb werkelijk goed geslapen. De ongemakkelijke nacht en de inspanning van gisteren is hier waarschijnlijk een logisch gevolg van geweest. Stap om 8.00 uur fris mijn bed uit, neem nog een douche en breng mijn bagage naar de auto op de parkeerplaats. Eenmaal terug is Nathalie in de keuken bezig om thee te maken. Toeval is dat zij ook over enkele weken naar Lourdes zal reizen om daar een week als vrijwilliger dienst te doen. Neem afscheid van haar en rijd bij een heerlijk schijnend zonnetje richting Lourdes. Eerst via een drukke tolweg die als verkeersader fungeert voor reizigers die naar Spanje reizen. Op de verkeersborden wordt Barcelona al aangegeven op 340 km afstand. Ook hier weer veel Nederlandse kentekens. Deze zuidelijke route loopt door de wijnstreken van Frankrijk. Urenlang zie ik glooiende velden met wijnranken staan. Werkelijk een prachtig gezicht. Eenmaal voorbij Toulouse is het verbluffend rustig op de weg. Een laatste honderdvijfendertig kilometer zonder haastige weggebruikers. Want dat is wel opvallend. De Franse dorpjes stralen rust en gemoedelijkheid uit maar zodra Fransen op de weg zitten, lijken het wel stresskippen. Ze rijden ongelofelijk hard over de bergwegen en halen onverantwoord in. In veel gevallen zet ik mijn auto even langs de kant om ze te laten passeren want dat opgefokte gedoe, daar heb ik geen zin in. De laatste kilometers snellen voorbij en rond 14.00 uur rijd ik Lourdes binnen. Het appartement dat ik geboekt heb ligt bij het treinstation en dus gemakkelijk gevonden. Hier ook niemand persoonlijk aanwezig maar wederom een sleutelkastje. Een studio op de 5de verdieping met uitzicht over de groene heuvels. Lourdes ligt namelijk aan de voet van de Pyreneeën die de grens met Spanje vormen. Niet veel later ben ik aan de wandel. Mijn ouders zijn hier ooit eerder geweest met een bedevaartstocht vanuit Nederland. Kan nu eindelijk eens ervaren wat zij voor ogen hebben gehad. Groot is het hier niet en ook al loop ik eerst verkeerd, alles is binnen een kilometer te bereiken vanaf mijn verblijfsplaats. Kom via een stalen poort tot de ingang van het plein en zie de prachtige basiliek van Lourdes. Een innemend gebouw die uit meerdere heilige gebedsruimtes bestaat. Prachtige architectuur dat tot stand is gekomen nadat Maria hier in 1858 aan de veertienjarige Bernadette Soubirous is verschenen. Een jonge dochter van een arm Frans molenaarsgezin. Aan de zijkant van de basiliek is de grot te vinden waar dit alles zou hebben plaatsgevonden.
Inmiddels is Lourdes uitgegroeid tot een bedevaartsoord waar jaarlijks zes miljoen mensen vanuit de hele wereld naartoe komen. Ik zie alles vol verwondering aan. Onder de bezoekers heel veel ouderen en mensen die door ziekte of beperkingen in een rolstoel terecht zijn gekomen. Hopende op geestelijke en/of lichamelijke gezondheid. Was benieuwd hoe het voor mij zou voelen om hier te zijn. Zoveel gelovigen samen moet toch iets teweeg brengen. Ik bezoek de basiliek en bijgebouwen, de grot en loop een rondje over het terrein. Ondanks dat ik er niet veel bij voel, is het ontzettend mooi om te zien hoe vrijwilligers en verplegend personeel de groepen bezoekers begeleiden. Tegen het eind van de middag houd ik het voor gezien. Het gaat allemaal ook ietwat gehaast en dat maakt het ook lastig om me er volledig voor open te stellen. Vanavond om 21.00 uur is er, zoals dagelijks, een lichtjes processie waar heel veel mensen aan deelnemen en daarvoor kom ik hier graag terug. Zoek voor nu even de rust op in het appartement en dat bevalt me uitstekend. Merk dat er toch nog veel vermoeidheid in mijn lichaam zit na alle inspanningen van de afgelopen dagen. Loop rond 19.30 weer richting het centrum om er iets te eten en om vervolgens het plein bij de basiliek weer op te zoeken. Onderweg naar Lourdes nam de bewolking meer toe maar bleef het vooralsnog droog. Helaas blijft het niet zo. Het begint te miezeren. Niet hard, maar lang genoeg om je er oncomfortabel door te voelen. Zie steeds meer mensen met regenjassen, warm aangekleed en meer opgestoken paraplu’s. Heb zelf ook de paraplu, die uit voorzorg in de kofferbak ligt, opgehaald. Weer op het plein ziet het er een beetje troosteloos uit. Wel wordt het drukker met mensen. Velen schuilend onder de bomen of andere plekken in de nabije omgeving. Wanneer om 20.50 de klokken van de basiliek beginnen te luiden voel je dat er iets staat te gebeuren. Mensen sluiten zich aan in de lange rij aan de zijkant van de basiliek en kaarsen worden aangestoken. Het is inmiddels gestopt met regenen en dat is maar gelukkig ook. Al die mensen in rolstoelen ingepakt in plastic vind ik maar niks. Dan begint precies om 21.00 uur de processie met duizenden mensen. Met dit donkere weer zorgen de brandende kaarsen die de wandelaars meedragen voor een weergaloos schouwspel. Bij de basiliek begint tevens een dienst in meerdere talen en klinkt het Credo uit de speakers. Iets waar ik duidelijk door wordt geraakt. Het herinnert me namelijk aan mijn vader die als koorlid duidelijk boven de andere koorleden uit te horen was wanneer dit tijdens een dienst gezongen werd.
Tijdens mijn jonge jaren, toen ik door mijn ouders nog vriendelijk werd verzocht wekelijks naar de kerk te gaan. Verbluffend hoe sterk dat gevoel nu weer naar boven komt. Langzaam komen de eerste wandelaars van de lange processie weer aan op het plein waar alles tot in de puntjes wordt geregisseerd. Als een gesmeerde machine wordt alles door een groot aantal vrijwilligers in goede banen geleid waardoor chaotische taferelen worden voorkomen. Langzaam vult het plein zich met mensen en hun brandende kaarsen. Ja, het is een prachtig schouwspel en ben blij dit een keer gezien te hebben. Verder voel ik me niet geroepen om de dienst langer te volgen. Het appartement is de beste plek om de dag af te sluiten. Onder het genot van een glas wijn schrijf ik mijn laatste belevenissen op en laat het daarbij.
Ben redelijk op tijd wakker en zie dat het buiten grauw en donker is zodra ik de gordijnen open doe. Heb ook uitzicht op het stationsplein waar het een komen en gaan van mensen is. De straten zijn nog nat van de regen maar de vooruitzichten zijn beter. In ieder geval droog. Ik ontbijt in een van de restaurants in het drukke centrum rond de basiliek. De omgeving ook waar een overvloed aan souvenirwinkels te vinden is. Alles wat ook maar enigszins te maken heeft met Lourdes en het christelijk geloof wordt aangeprezen. Wederom ben ik overdag rond de basiliek te vinden. Geen haastig gedoe maar werkelijk de tijd nemen om te begrijpen wat hier gaande is. Ook al voel ik zelf geen verbinding, de mensen om mij heen die hier speciaal voor naartoe gekomen zijn des te meer. Zie dat het katholieke geloof voor velen nog een vorm van hoop en steun geeft. En dat is bijzonder om te zien. En dan het jonge zuid Amerikaanse koppel dat net de dienst in de Basiliek heeft bijgewoond en hij haar buitengekomen ten huwelijk vraagt ten midden van de menigte. Hoe mooi is dat. Na haar emotionele ja-woord lijkt het alsof ze zich voor eeuwig vasthouden. Een onvergetelijk moment in hun leven heeft net plaatsgevonden en ik ben daar toeschouwer van. Daar kan ik nu werkelijk van genieten. Omdat het begeven tussen de drukte ook erg vermoeiend is knijp ik er in de middag weer even tussen uit. Ga terug naar het appartement en bereid mijn reis voor morgen voor. Het wordt Sarlat heb ik besloten. Een plaats in de Dordogne een driehonderdachtenvijftig kilometer noordelijk gelegen van Lourdes. Wil daar een paar dagen gaan kamperen voor de verandering. Wanneer ik in het begin van de avond iets eet in een van de drukke straatjes rondom de basiliek zie ik een kolonne van bedlegerige zieke passeren. Voortgeduwd en begeleid door een overvloed aan vrijwilligers en verplegend personeel. Een stoet die onophoudelijk lijkt. Afkomstig uit Wenen zoals op het grote vaandel vooraan was te lezen. Iedereen draagt herkenbaar een paarse zakdoek om hun nek.
Dit maakt ontzettend veel indruk op me, wetende dat zij hier met een speciale reden naartoe zijn gekomen. Zie ze later na de processie te hebben afgelegd gezamenlijk het plein op komen rijden. Allen met brandende kaarsen in hun hand. Keurig op de voorste rijen worden ze naast elkaar opgesteld in de hoop op dat magische wonder. Als ik toch eens kon toveren. Het is een prachtige avond. Windstil en zoveel mensen meer dan gisteren liepen er mee. Het is een ervaring die voor eeuwig op mijn netvlies zal blijven staan. Loop terug via de lange laan waarover de processie plaatsvond en kijk nog een keer met een glimlach achterom naar de verlichte basiliek. Ja, het was werkelijk bijzonder om hier een keer te zijn. Morgen een nieuw hoofdstuk…..Sarlat.
Op tijd wakker en direct begonnen met het opruimen van de kamer. Wil zo snel mogelijk vertrekken zodat ik rond de middag in Sarlat ben. Heb hier verder niets te doen dus beste optie. Had een kortere binnenweg binnendoor kunnen nemen maar besluit de tolweg via Toulouse te nemen. Deze route is zestig kilometer langer maar geeft meer zekerheid wat betreft een tijdige aankomst. Het zonnetje is weer gaan schijnen en de reis verloopt vlotjes. Het grootste oponthoud geeft de laatste vijfentwintig kilometer wanneer ik vanwege afgesloten binnenwegen nog een stuk moest omrijden. Het is zaterdag vandaag en heb op internet gelezen dat er hier dan wekelijks een grote markt gehouden wordt. Heb verder nog geen idee waar ik ga overnachten en wil daarom even naar het toeristen kantoor in het centrum voor informatie. Zodra ik het centrum nader staan echt alle straten vol met geparkeerde auto´s. De bermen en overal waar je ook maar een auto kunt neerzetten is bezet. Wat een gekkenhuis. Duidelijk een uitje voor de wijde omgeving. Ik rijd een aantal rondjes en heb geluk. De inzittenden van een auto met Engels kenteken vinden het mooi geweest. Moeders gooit gehaast de gevulde tassen achterin en weg zijn ze. In de centrale winkelstraat staat aan beide kanten een lange rij met kraampjes en daartussen een ongekende mensenmassa. Via de google maps app begeef ik me door de drukte naar het toeristenkantoor.
Het ligt een paar honderd meter verderop. Word er al snel geholpen. Een aantal campings maar wel allemaal een stuk buiten het centrum, krijg ik te horen van de jongedame achter de balie. Minstens vijf kilometer. Ik schrik want volgens mijn app moeten er wel een aantal op loopafstand te vinden zijn. Ze geeft me een aantal opties mee en wenst me succes. Volgende alstublieft! Ik neem een besluit en probeer camping Huttopia. De meest dichtstbijzijnde. Deze blijkt nog geen kilometer buiten de stad te liggen, iets heuvelopwaarts. Het is niet groot maar er zijn nog een aantal plaatsen vrij. Maak een rondje en kan al redelijk snel beginnen met het opzetten van de tent. Zie vakantiegangers aankomen die hier waarschijnlijk de komende weken zullen doorbrengen. Zoals het Nederlandse stel en hun twee kinderen. Met hun auto en caravan rijden ze de helling op naar een hoger gelegen plateau waarna de show kan beginnen. Ik kijk alles van een afstandje aan. Eerst debatteren ze over hoe de caravan moet komen te staan en moeders besluit dan dat de tenten van de twee pubers eerst maar opgezet moeten worden. Zij, die het liefst even bijkomen van de lange reis en niet echt gemotiveerd zijn. Dan moet de hele keuken worden geïnstalleerd. Ik zie het allemaal gebeuren en weet het nu zeker. Dat leven is niet voor mij bestemd. Hoe bedoel je vakantie? Vader begint al met aardappelen te schillen zodra het tuinmeubilair op zijn plaats staat en moeder heeft het droogrek alvast klaargezet voor de was van morgen. Wat zijn we met z’n allen toch een bijzondere wezens. Vul m’n glas nog eens met rode wijn en geniet even na van deze gratis voorstelling. Loop later in de avond in nog geen tien minuten tijd naar het centrum. Denk daarbij nog even terug aan de dame achter de balie bij het toeristenkantoor. Hoezo, lopend niet te doen! De rust is er wedergekeerd. De marktkooplieden zijn naar huis en zijn er alleen nog toeristen te vinden. Een prachtig centrum met smalle straatjes.
Eeuwenoude panden opgebouwd uit grote warm gele stenen net zoals de kerk die enigszins verscholen in het straatbeeld alleen opvalt door zijn hoge kerktoren. Er is een dienst gaande maar toeristen kunnen gewoon naar binnen om er een kijkje te nemen. Het voelt als aapjes kijken en vind dit eigenlijk respectloos. In dit deel van de stad bevinden zich de meeste restaurants en winkeltjes en om de honderd meter is er straattheater of een muzikant te vinden. Duidelijk een grote aantrekkingsfactor om mensen hier hun avonden te laten doorbrengen. Ik ben rond 22.00 uur terug bij mijn tent. Neem nog een glas rode wijn en luister naar de stilte nu iedereen deze dag langzaam aan het afsluiten is. Het zijn de krekels en de sterren die de boventoon voeren. Een prachtige afsluiting van deze dag.
Ben op tijd wakker maar voel me niet genoodzaakt om op te staan. Heb redelijk goed geslapen en heb geen plannen vandaag. Het is een zeer rustig begin van de dag en dat bevalt prima. Wandel rond een uur of 10.00 de weg naar beneden om wat broodjes te nuttigen bij de bakker maar verder niets. Kan de hele omgeving gaan uitpluizen maar daar heb ik geen behoefte aan. Ben eigenlijk grotendeels van de dag voor mijn tent te vinden. Om er in alle rust mijn blog te schrijven en te genieten van de groene omgeving waarin ik me begeef. Het is mijn laatste dag hier in Sarlat. Morgen staat een lange autorit naar Caen op het programma. Gelegen in het westelijke kustgebied van Normandië. Voor een aantal dagen wil ik de kuststroken gaan bezoeken waar de geallieerden op 6 juni 1944 Europa zijn binnengekomen. Een belangrijke gebeurtenis in de geschiedenis waardoor ook ik de mogelijkheid heb om in alle vrijheid dit soort reizen te ondernemen. Vele films zijn er gemaakt over dit keerpunt in de oorlog waarbij de film D-day voor mij nog altijd de meeste indruk heeft achtergelaten. Door er naar toe te gaan hoop ik iets mee te krijgen van het enorme offer dat er destijds is gebracht om onze huidige vrijheid te kunnen ervaren. Loop in het begin van de avond naar het centrum om er iets te eten en wandel er nog een rondje. Zie hetzelfde straattheater en dezelfde muzikanten hun kunsten vertonen als teken dat het tijd is om verder te gaan. Het is zeker de moeite waard om langer in deze streek te blijven maar niet voor mij niet tijdens deze vakantie.
Wanneer ik vroegtijdig de wandeling heuvel opwaarts maak, terug naar de camping, zie ik op honderd meter voor het bereiken er van auto´s met zwaailichten de weg afbakenen. Een paar agenten houden het verkeer tegen, zie een brandweerman met een grote knipschaar rondlopen en een takelwagen die een behoorlijk beschadigde auto op zijn laadbak hijst. Het is duidelijk niet goed gegaan. Als ik de agent vraag of ik er voorbij kan via de stoep geeft hij toestemming bij navraag aan zijn leidinggevende. De auto is volledig verwoest doordat deze een betonpaal aan de overzijde van de weg heeft geraakt. Het meest trieste was de begrafeniswagen en een gevulde lijkzak die verscholen achter een politieauto op de stoep aan de andere kant lag. Het moet gebeurd zijn vlak na dat ik naar beneden ben gelopen. Denk meteen aan het roekeloze gedrag van weggebruikers hier zoals eerder beschreven. Terug op de camping maak ik me langzaam gereed voor mijn vertrek. Wil niets overbodigs meer in de tent hebben voordat de hel straks losbarst. Er worden namelijk zware onweersbuien verwacht rond middernacht. Zie iedereen druk bezig hun eigendommen veilig stellen wanneer het zwoele weer langzaam begint om te slaan. Wanneer ik net veilig in mijn tent lig begint het steeds harder te waaien. Het duurt even maar dan hoor ik het geluid van hagelstenen die op de daken van de nabijgelegen caravans kapotslaan. Ook al staat mijn tent redelijk verscholen onder een boom, deze krijgt rake klappen. Voel me niet echt op mijn gemak en kleed met snel aan voor het geval ik moet vluchten mocht de tent het begeven. Het lijkt een eeuwigheid maar gelukkig gaat het na een aantal minuten over in harde regen. Werkelijk een ware opluchting. Regen, daar duik ik met veel plezier mijn slaapzak weer voor in.
Het heeft gedurende de nacht geregend en de tent is dus nat. Aangezien ik vandaag vroeg wil vertrekken stap ik op tijd naar buiten om deze te gaan drogen met een zemen lap en handdoeken zodat deze nog enigszins droog de auto in kan. Het kost wat moeite maar ben om 08.00 uur volledig ingepakt en klaar om te vertrekken. Rijd eerst naar het centrum van Sarlat om daar bij de bakker nog wat broodjes en een cappuccino te kopen en vervolg mijn weg. Nog geen vijf minuten onderweg begint het weer met regenen. Een troosteloos begin van de zevenhonderd kilometer lange weg die ik vandaag moet afleggen. Via Brive, Limoges, Tour en Le Mans rijd ik hoofdzakelijk via tolwegen richting Caen. Opvallend is de verscheidenheid aan bomen en het werkelijk prachtig kleurpalet van alle soorten groen. Voorbij Limoges snijd ik een stuk af en neem de weg binnendoor richting Tour. De zon is inmiddels weer gaan schijnen en doorkruis een regio met veel boerenbedrijven. Overal gemaaid grasland gevuld met grote ronde balen hooi die als ware kunstobjecten in de uitgestrekte velden verspreid liggen. Passeer velden vol met zonnebloemen. Het schilderij van Van Gogh in duizendvoud, zo mooi. En veel maisvelden. Denk daarbij aan de stikstofproblematiek waar de boeren in Nederland voor geslachtofferd worden. Hoe zou dat hier in Frankrijk zijn?
Overal waar ik kom overtreft de natuur en weidsheid de omgeving. Als ik dat vergelijk met de intensieve bebouwing in ons kleine kikkerlandje vermoed ik dat boeren hier waarschijnlijk niet in de hoek zitten waar de klappen vallen. Rijd ondertussen Normandië binnen en wanneer ik Le Mans passeer en de laatste kilometers naar Caen afleg word ik me steeds bewuster van de omgeving. Gaan mijn gedachten steeds meer uit naar het verleden. Die periode in 1944 toen de geallieerden de binnenlanden van Frankrijk introkken. Hoe zou dat in z’n werk zijn gegaan? Bedenk me van alles maar hoop morgen meer te weten te komen. Het Crocus Caen Memorial hotel zal me de komende nachten onderdak bieden. Hier vandaan is alles goed te bereiken. Maak een prioriteitenlijst met plaatsen die ik wil bezoeken en lees meer over deze historische gebeurtenis op internet. Laat het morgen maar gebeuren.
Heb een perfecte kamer tot mijn beschikking en dat maakt dat ik heerlijk geslapen heb. Heeft nog wel geregend maar daar kon ik dit keer echt van genieten. Neem een douche en ga op tijd naar beneden om te ontbijten zodat ik er een lange dag van kan maken. Rijd als eerste naar Luc sur Mer. Een dorpje aan de kust op een kwartier rijden van Caen. Hier is het meest noordelijke strand van de invasie te vinden welke de naam Sword Beach destijds heeft meegekregen. Ik parkeer mijn auto langs de boulevard en loop naar het oorlogsmonument dat er staat voor een reeks aan wapperende vlaggen, waaronder de Canadese en Britse vlag. Deze twee nationaliteiten waren het die hier op 6 juni 1944 als eersten aan land gingen en die bij het monument geëerd worden. Opgemetselde kaders scheid de boulevard van het lager gelegen strand. Kan van hieruit een heel stuk kustlijn zien en kijkend over de zee maak ik mijn eigen verbeelding. Zo rijd ik langs diverse kleine dorpjes waar het opvallend rustig is. Het voelt bijna alsof de tijd hier deels stil is blijven staan. Op oude foto´s die her en der hangen zijn veel huizen en gebouwen nog te herkennen. Het maakt het daarom ook tastbaarder. Even buiten Reviers wat een paar kilometer landinwaarts ligt, bezoek ik het Canadese begraafplaats waar tweeduizend Canadese militairen begraven liggen. Er is verder niemand. Hoor alleen de vogels fluiten die in de bomen op het terrein verscholen zitten.
Een prachtig onderhouden begraafplaats als teken van respect. Ik loop even naar de graven van drie broers Westlake die er liggen. Moet meteen denken aan de film Saving private Ryan waarbij een groep elite op pad wordt gestuurd om de laatste zoon van een gezin op te sporen en deze terug naar huis te sturen omdat zijn beide broers al gestorven zijn in de strijd. De werkelijkheid is dus duidelijk anders. Terug rijdend naar de kust kom ik terecht in Ver sur Mer. In dit dorp is de British Normandy Memorial te vinden. Omdat het nog vroeg is zijn er slechts een aantal bezoekers. Hier geen grafstenen maar een immens modern monument. Geplaatst hoog op een heuvel met een ongelofelijk mooi uitzicht over de zee. Wat een enorme kracht straalt dit uit. De kustlijn die destijds de codenaam Gold Beach kreeg. Meer dan tweeëntwintigduizend namen staan gegraveerd in de vele betonnen pilaren die het monument rijk is. Behoorlijk indrukwekkend moet ik je zeggen. Vervolgens volg ik de kustweg en kom al snel via Asnelles terecht in Arromanches les Bains. Dat is wel een groot voordeel, alles is vrij snel te bereiken. Hier bezoek ik een museum waar een film wordt afgedraaid in een 360 graden cinema met beelden die gemaakt zijn tijdens de invasie. Ik ben niet echt geïnteresseerd in het materieel of de wapens die er gebruikt werden maar wel in de emoties die destijds onbeschrijfelijk moeten zijn geweest. Jonge soldaten van begin twintig die als eersten de landingsvaartuigen moesten verlaten. Doodsbang onderweg naar de kust niet wetende wat ze te wachten stond. Sommigen deden het letterlijk in hun broek van angst. En terecht. Velen werden al neergemaaid door de Duitsers toen de klep naar beneden werd gelaten. Een ware hel moet het zijn geweest waarbij de zee rood kleurde van het bloed. Het zijn werkelijk allemaal helden, de jongens die hier met de dood voor ogen de strijd zijn blijven aangaan. In alle dorpen hangen vaandels aan lantaarnpalen met de tekst `Hero´s of WWII` en een foto en de naam van de gevallen militair. Meer zuidelijker ligt het invasie strand met codenaam Omaha. Hier werd een enorme strijd gestreden door de Amerikanen die zich maar moeizaam een weg konden banen door de verdedigingslinies van de Duitsers. Het dorp dat ik onderweg passeer onderweg naar dit strand is Colleville sur Mer.
Net buiten dit dorp hoog op een heuvel tegen de kust is het Normandy American Cemetry and Memorial te vinden. De grootste Amerikaanse begraafplaats in Normandië waar meer dan drieënnegentigduizend marmeren witte kruizen staan opgesteld als eerbetoon voor de gevallenen. Een perfect onderhouden monument waarbij de duizenden witte kruizen op het kort gemaaide gras werkelijk indruk maakt. Nergens was het zo druk met bezoekers als hier. Vrijwel alle nationaliteiten lopen er rond waaronder ook diverse Duitse toeristen. Weet dat sommigen Duitsers nog altijd een bepaald schuldgevoel meedragen. Dat merk ik zelfs tijdens reizen in India. Volledig onterecht want zijn we generaties verder en zijn de tijden veranderd. Het hoort bij een ieders geschiedenis en daarom des te mooier om dit te zien. Na een uur houd ik het voor gezien en rijd via Saint Laurent sur Mer naar het strand aldaar. Een monument in de vorm van geslepen zwaarden in het zand tekenen voor de strijd die hier is geleverd. Het meest opvallende is de bescheidenheid waarin dit alles hier in Normandië is omgeven. Geen enkel dorp langs de kustlijn is omgetoverd tot een commerciële kermis. Al zou er nog een oorlogsfilm gemaakt worden over de invasie is er geen decorbouwer nodig. Alles past nog gewoon in het plaatje. Zelfs de wegen zijn niet beter dan elders. Veel is bereikbaar via smalle binnenwegen met hier en daar een iets grotere verkeersader maar geen snelwegen om alles nog makkelijk bereikbaarder te maken. Op een of andere manier wordt alles onbewust klein gehouden zodat de monumenten en museums in het daglicht staan. Als toont een prachtige vorm van respect. Ik bezoek als laatste nog het La pointe du Hoc. Een Duits verdedigingsnetwerk boven de kliffen waar vandaan ze de hele kustlijn konden bestoken en onderdeel zijnde van de Atlantic Wall. Hier moesten Amerikaanse elitetroepen, rangers genoemd, tegen de dertig meter hoge krijtrotsen opklimmen om deze uit te schakelen. Steeds meer ontzag krijg ik voor alles wat hier heeft plaatsgevonden. Onderweg terug naar Caen stop ik in Bayeux om er iets te eten en ben rond 20.00 uur weer terug bij het hotel. Het was letterlijk een memorabele dag.
Vandaag nog een laatste dag in Normandië. Wil het meest zuidelijk strand van de invasie gaan bezoeken, Utah Beach genaamd. Het is vanaf het hotel een uur rijden om daar te komen. Op de weg daar naartoe ligt ook La Cambe. De plaats die ik eerst wil aan doen. Net buiten dit dorp ligt de begraafplaats van Duitse oorlogsslachtoffers. Aangekomen is staan er enkele bussen en een tiental auto´s. Via een smalle ingang kom ik terecht op een mooi onderhouden begraafplaats maar een stuk somberder dan wat ik tot nu toe gezien heb. Vijf donkergrijze kruizen staan her en der verspreid over het veld en de gevallenen worden herdacht met rijen natuursteen tegels die keurig in lijn in het gras liggen. Als je dit vergelijkt met de wit marmeren kruizen op de Amerikaanse begraafplaats waar trots en kracht vanuit straalt, voel ik hier een vorm van nederigheid. Iets wat waarschijnlijk met opzet is gedaan omdat trots hier niet gepast zou zijn. Toch hier ook veel respect naar al de jonge mannen die destijds waarschijnlijk net zo bang waren als hun geallieerde opponent. Met een van de bussen op de parkeerplaats kwam een groep jonge Duitsers die een rondleiding krijgt van een gids. Mooi dat dit deel van de geschiedenis door een bezoek aan Normandië levendig blijft en de nutteloosheid ervan wordt ingezien. Vroeg me af of Amerikanen hier ook naartoe komen tijdens een bezoek aan Normandië zoals ik Duitsers wel op de Amerikaanse begraafplaats heb gezien. Hoe vergevingsgezind zijn mensen eigenlijk? Ik hoor gelukkig diverse andere talen buiten Duits en ja hoor, ook Amerikaans Engels. Voor mij tijd om verder te gaan. Volg de weg naar de kust waar Utah Beach zich bevind. Geen dorp maar een kale kuststrook met heel brede stranden. Alleen een klein cafeetje met een aangebouwde serre staat op de hoek aan de doorgaande weg. Verder een Utah Beach Memorial museum en diverse monumenten die op de duinen staan opgesteld.
Bezoek het museum en zie op veel foto´s die deze operatie hebben vereeuwigd, het kleine cafeetje op de hoek. Nog volledig in tact maar nu met serre om de vele bezoekers te kunnen huisvesten. Verder is er langs deze kust niet veel te zien en vervolg mijn weg naar een dorpje in de binnenlanden. Het is Sainte Mere Eglise dat een tien kilometer van de kust ligt. Destijds een belangrijk strategisch dorp voor de geallieerden vanwege de ligging op de toevoerroute vanuit de havenstad Cherbourg. Ik bezoek er het Airborn museum. Genaamd naar de grote landingsoperatie die in dit gebied heeft plaatsgevonden tijdens de invasie. Achter de duinen was geen bebouwing en de Duitsers hadden het hele gebied onder water hadden gezet. Een ideale verdediging dus. Paratroepen werden daarom achter de vijandelijke linies gedropt zo om de weg vrij te maken voor de infanteristen die vanaf de kust kwamen. Het museum geeft ontzettend veel informatie over deze operatie en is een bezoek waard mocht je hier ooit komen. Het dorp Sainte Mere Eglise staat mede bekend om de militair die met zijn parachute aan de kerktoren bleef hangen. Er hang nog steeds een militair aangeklede pop met parachute. Een beeld waardoor dit dorp bijna een bedevaartsoord gelijk is. Als hij toch ooit geweten zou hebben.
Ze verdienen hier een aardige stuiver aan de commercie die hier duidelijk de boventoon voert. Voor mij is de oorlog afgelopen. Heb voldoende kennis vergaard en alles bekeken wat ik voor ogen had. Morgen rijd ik met een voldaan gevoel weer naar huis. Het weer is me goed gestemd geweest zoals eigenlijk alle dagen dat ik onderweg ben geweest. In nog geen twee weken tijd heb ik ontzettend veel mooie ervaringen en kennis mogen opdoen. Ben me nog bewuster van de vrijheid die mij gegeven is, zeker na een omgeving als deze te bezoeken. Ook hebben hier velen hun leven ongewenst moeten beëindigen, mijn avontuur des levens gaat morgen in Oosterblokker weer verder. Jullie lezen het…..