Ondanks dat ik hier eigenlijk niet zoveel actie wil ondernemen heb ik besloten om naar Bhaktapur te gaan. Als afwisseling van het alledaagse. Bhaktapur was in het verleden de hoofdstad van Nepal en het oude centrum is nog steeds behouden gebleven. Ook hier zijn eeuwenoude tempels te vinden evenals het vroegere paleis van de koning. Het moet nog indrukwekkender zijn dan het Durban square in Kathmandu, zo heb ik me laten vertellen. Gelegen zestien kilometer buiten de huidige hoofdstad. Van Nischal, de jongen werkzaam in de keuken van het hotel, krijg ik het advies om de app inDrive te downloaden. Een soort Uber taxi service waarmee je je eenvoudig en goedkoop kunt laten vervoeren. Je kunt er taxi’s boeken maar ook brommers. Gezien de drukte in de stad is laatstgenoemde de beste optie. Binnen tien minuten staat er iemand voor het hotel. Een jongen, genaamd Anil met zijn flitsende brommer. Het is rustig op de weg op deze eerste kerstdag.
Zittend achterop geniet ik van alles wat ons passeert. Buiten de drukte van de stad is het heerlijk om de frisse wind in te ademen waarbij het zonnetje schijnt bij een aangename achttien graden. Na ruim een half uur bereiken we de stad Bhaktapur waar Anil me afzet bij de ingang van het tempelcomplex. Betaal er de 1500 NR voor een ticket bij het loket en loop door de toegangspoort naar binnen. Anil zal op me wachten om me later weer terug te brengen. Word vrijwel direct benaderd door een tal van gidsen die mij willen rondleiden maar kies er voor om in mijn eentje het complex te bekijken. Ook al mis ik dan misschien historische informatie, het blijft bij mij toch niet lang hangen. Loop over het centrale plein en zie dat de aardbeving z’n sporen heeft achtergelaten. Al is er veel hersteld. Nog een enkele tempel zijn ze aan het restaureren. Bhaktapur is een toeristische trekpleister en dat straalt het ook uit. De smalle straatjes bij het complex zijn namelijk vergeven met souvenirwinkeltjes. Alles in Nepal draait hoofdzakelijk om toeristen die hier voornamelijk naar toe komen om adembenemende trektochten te maken naar o.a. de Mount Everest, Annapurna en Manaslu. Ik heb het zelf ook een aantal keren mogen beleven. Alles start met een verblijf in Kathmandu. Als centrum voor alle activiteiten. Ik wandel ruim anderhalf uur over het complex van Bhaktapur maar heb het dan eigenlijk wel gezien. Het meest indrukwekkende vind ik mijn wandeling door een paar achteraf gelegen straatjes. Waar ik een oude man op de veranda van een oud gehavend huis ligt te slapen terwijl zijn vrouw handwerk verricht. Het pand zit vol met scheuren en is eigenlijk onbewoonbaar naar mijn inziens. Het is de werkelijkheid waar veel mensen nog steeds in leven. Hulp van de overheid, zoals dat nu in Groningen gaande is, is hier niet aan de orde. Hoorde op het nieuws dat er net nieuwe verkiezingen zijn geweest en er een nieuwe minister president de leiding gaat overnemen. Hopelijk zorgt het voor positieve veranderingen. In dit land met drie miljoen inwoners heeft corruptie nog steeds ruim de overhand. Gezien de prijzen die tegenwoordig worden gehanteerd is Kathmandu zeker niet goedkoop. Als ik het vergelijk met acht jaar geleden is het bijna verdubbeld. En dat terwijl de gewone arbeider nog steeds te weinig verdient. Ik heb me enige dagen geleden laten masseren voor 2500 NR, gelijk een 18 euro. Voor Europese begrippen goedkoop maar dit komt voornamelijk doordat er weinig werk is in dit jaargetijde. Normaal vragen ze bijna het dubbele. De dame die mij masseerde krijgt daar 400 NR per uur voor betaald, zo vertelde ze me. Veel arbeiders krijgen onderbetaald en is de kloof tussen arm en rijk duidelijk zichtbaar. Of de veilig genestelde politieke leiders hier verandering in zullen brengen? Ik heb er een hard hoofd in. Al zijn er in Kathmandu wel steeds meer jongeren die zich uitspreken, mede door betere scholing. Iets wat buiten de stad nog steeds ver onder de maat is. Ik ben ondertussen terug bij de ingang van het tempelcomplex in Bhaktapur waar ik Anil probeer te bellen. Hij zou op me wachten maar krijg geen gehoor. Wordt al vrij snel door taxi chauffeurs benaderd die me vertellen dat hij gevlogen is. Toch heb ik vertrouwen dat hij me komt halen. Na enige tijd krijg ik een sms van Anil. Hij zit weer in Kathmandu maar is onderweg.
Over een uur is hij weer in Bhaktapur. Snap het niet helemaal maar vertrouw op zijn woorden. Besluit een cappuccino te gaan drinken ergens op het complex. Schuif aan bij een man die in z’n eentje aan een tafel zit. Hij stelt zich voor als Patrice uit België. Een gepensioneerd technisch tekenaar die tegenwoordig woonachtig is in Thailand. Zijn vrouw was vreemd gegaan met z’n beste vriend en door alle gebeurtenissen heeft hij ook geen contact meer met zijn dochters en verdere familie. Heeft alles achtergelaten om een nieuw leven op te bouwen. Een man waarmee ik vreselijk heb gelachen. Al is hij wel een tikkeltje naïef in zijn handelen, zo kan ik opmaken uit zijn vermakelijke verhalen. Neem afscheid wanneer ik gebeld word door Anil en aangeeft dat hij bij de toegangspoort staat te wachten. Komt het dus toch allemaal weer goed. Terug in de stad eet ik iets in een verwarmd restaurant en besteed nog een paar uurtjes in de Purple Haze club als afsluiting van deze dag.
Word vroeg wakker met maagproblemen. Heb kramp en voel me verre van goed. Moet zelfs rennen naar het toilet waar ik vreselijk moet overgeven. Hoopte dat ik me hierdoor iets beter zou voelen maar helaas. Heb totaal geen honger maar loop toch maar even naar de eetzaal op de eerste verdieping. Misschien doen een paar bananen wonderen. Eenmaal terug op mijn kamer loop ik echter weer volledig leeg. Moet hier medicijnen voor hebben, dat is duidelijk. Bij de receptie adviseren ze me om even bij de drogist langs te gaan die even verderop in de straat te vinden is. De portier van het hotel zal me vergezellen. De drogist constateert al snel dat ik een voedselvergiftiging heb opgelopen. Terwijl hij medicijnen bij elkaar zoekt kan ik het wederom niet binnenhouden en moet rennen naar een steegje om weer over te geven. Nee, dit is niet iets waar ik vrolijk van word. Lig de hele verdere dag futloos op mijn bed. Probeer met bisques en fruit wat voedsel binnen te krijgen maar het gaat niet van harte. Kan nog steeds weinig binnen houden. Slik de medicijnen die me zijn meegegeven en hoop dat de dag van morgen beter zal zijn.
Het valt me mee dat ik toch nog redelijk heb kunnen slapen. Voel me alleen nog steeds niet veel beter. Durf ook niet echt naar buiten te gaan want een herhaling van gisteren zie ik liever niet meer gebeuren. Ook vandaag probeer ik iets binnen te krijgen als ontbijt maar ook nu geen succes. Zou eigenlijk wel een paar appels willen kopen maar naar buiten gaan is voor mij geen optie op dit moment. Liggend op mijn bed wordt er op de deur geklopt. Nischal heeft een bord met geschilde stukjes appel voor me geregeld. Hoe dankbaar kun je zijn voor iets kleins. Ik krijg het nog naar binnen ook. Laat het begin van verbetering zijn. Bevind me wederom de hele dag in mijn kamer maar hoeft niet meer om de haverklap naar het toilet. Godzijdank heb ik het ergste achter me liggen. Nu langzaam opsterken, al heb ik nog een lange weg te gaan. De laatste keer dat ik ziek in mijn bed heb gelegen was in India, zo’n 15 jaar geleden. Hopelijk blijft het hier voorlopig bij. Gunstige bijkomstigheid is dat er geen druk reisschema op de planning staat en ik me volledig kan overleveren aan het moment. Iets wat ongetwijfeld een positieve uitwerking heeft. Loop in het begin van de avond nog een klein rondje door de stad om even afleiding te zoeken maar laat het daarbij. Merk dat alles toch nog te veel langs me heen gaat. Alsof ik me in een roes in de menigte begeef. Een goede nacht kan wonderen verrichten. Laat het zo zijn.
Ik kan de slaap redelijk vatten maar word na een paar uur wakker. Wederom maagkrampen en ook nu komt alles er uit. Dit soort momenten hoop ik weinig meer mee te maken. Als de medicijnen dan ook al niet werken, wat is dan een volgende stap? Ik wil er eigenlijk niet aan denken, al ben ik er letterlijk en figuurlijk ziek van. Het duurt nog uren voordat ik uiteindelijk door vermoeidheid in slaap val. Ik weet niet wat er tussentijds gebeurd is maar zodra ik wakker word is alle pijn verdwenen. Stap naar omstandigheden redelijk fris mijn bed uit. Opnieuw een poging om iets te eten en kijken hoe mijn lichaam hier op reageert. Het gaat gelukkig steeds beter. Heb ook weer de behoefte om naar buiten te gaan. Had een adres opgegeven gekregen van Sjaak Hoffer, een goede kennis uit Hoogkarspel, om daar eens langs te gaan. Kijkend op google maps blijkt het betreffende Souvenir guesthouse op slechts 400 meter afstand te liggen. Een mooie uitdaging voor nu. Sjaak heeft jaren geleden vrijwilligerswerk gedaan door een school te helpen schilderen en heeft hier toen onderdak gevonden. Aangekomen laat ik via mijn mobiel een foto van Sjaak zien aan Madan Karki en zijn vrouw Samjhana. Het vrolijke stel die het guesthouse runt en me direct uitnodigen om samen Nepalese thee te drinken want ze hebben alle tijd. Van de achttien kamers is er op dit moment slechts een bezet. Het is een gezellig uurtje waarbij we ook nog even kort met video gebeld hebben met Sjaak in Nederland. Wat bijzonder toch dat de huidige technologie dit mogelijk maakt. Momenten om te koesteren. Wandel de verdere dag door de stad en bezoek het Durban square om er domweg te gaan zitten. Mensen te aanschouwen die zich vanuit alle hoeken over het plein verplaatsen. Bezoek er na verloop van tijd het Himalayan Java café aan het eind van het plein om er verder aan mijn blog te schrijven. Voor mij een heerlijke manier om te ontspannen. Als de zon eenmaal verdwenen is daalt de temperatuur aanzienlijk. Het is rond de zes graden, zo lees ik af van mijn mobiel. Nu de dag zijn einde nadert zijn ook de smalle straatjes in het centrum druk met verkeer. Brommers, taxi’s. fietsriksja’s en voetgangers. Het is niet de meest gezonde plek om te zijn maar ik kan hier wel van genieten. Sta op de weg terug naar het hotel een tijdje bij een viersprong te kijken waar het muurvast staat. Vanuit alle richtingen komt een overmacht aan transportmiddelen op de kruising af maar stapvoets vindt uiteindelijk iedereen toch zijn weg. Zonder ook maar een onvertogen woord. Hoe bijzonder is dat. Heb gelukkig ook weer wat gezonde honger gekregen. Laat het een voorbode zijn voor volledig herstel.
Het voelt bijna als een overwinning maar ik heb heerlijk geslapen. Geen maagproblemen meer en begin vroeg aan de dag. Wil de Boedhanath Stupa bezoeken die zeven kilometer buiten het centrum ligt. Neem eerst een goed ontbijt en heb zoals iedere ochtend een leuk gesprek met Nischal in de eetzaal. Boek vervolgens een vervoersmiddel online via inDrive. Sinds de periode dat Tibet in 1950 werd geannexeerd door China zijn er meer dan honderdduizend boeddhisten gevlucht naar het naastgelegen Nepal. De meesten hiervan hebben zich destijds gevestigd in de vallei net buiten Kathmandu. Het gevolg was dat er een immense Stupa werd gebouwd. Een van de grootste ter wereld, zo staat er beschreven. Als gevolg van de enorme groei die Kathmandu heeft doorgemaakt is de tempel nu volledig opgeslokt door de stad. Alleen een smalle toegangspoort verraad de toegang tot dit religieuze monument. Ik heb deze ooit eerder bezocht maar het blijft toch bijzonder. Rondom de cirkelvormige Boudhanath Stupa is een brede bestrating te vinden van bakstenen. Uitgesleten als het gevolg van de ontelbare bezoekers die een rondje rond de Stupa hebben gemaakt. Aan de buitenrand staan oude panden waar vanuit allerlei commerciële waar wordt aangeboden. Eten, drinken, souvenirs, kleding en noem het maar op. Het lijkt meer op een commerciële kermis dan een religieuze plek. Maak foto’s maar ga ook een tijdje op een stoepje zitten om alles te aanschouwen. Buitenlandse toeristen die elkaar op de foto zetten als mooie nagedachtenis, een schilder die onderhoud pleegt maar ook een kromgebogen oude vrouw die schoorvoetend, leunend op een houten stok zich ongemerkt langs de vele gebedsmolens voortbeweegt. Gekleed in een traditioneel Nepalees gewaad en om haar pols een schare aan kettingen met gebedskralen die ze met haar vingers een voor een beroerd. Als een rozenkrans bij christenen. Dit is waar het hier om draait. Voor haar is deze stupa waarschijnlijk van onschatbare waarde. Haalt zij uit het boeddhisme alle hoop en kracht om haar leven te leiden. Zou zo graag in haar ziel willen kijken om er achter te komen wat het met haar doet. Alles en iedereen die zich aan haar voorbij snelt, niet wetende wat hier daadwerkelijk gaande is. Dit zijn momenten die voor altijd op mijn netvlies staan. Ik wandel mijn rondje en zie in een oud gebedshuis monniken gekleed in hun bordeaux rode gewaden in een rij op de grond zitten. Vanachter een laag tafeltje brengen ze hun zegeningen over aan bezoekers voor een kleine bijdrage.
Ik laat het voor wat het is. Ga liever het gesprek aan met de jonge monnik die net buiten het gebedshuis op een stoel zit. Zijn naam is Sirup. Over hoe hij zijn roeping heeft gevonden en de leer die hij dagelijks volgt om totale verlichting te creëren voor alles wat er op aarde leeft. Vanaf zijn twaalfde jaar bestudeerd hij het boeddhisme. Inmiddels vijftien jaar lang en zal het zijn verdere leven beheersen. Boeddhisme is eigenlijk geen religie maar een levenswijze. Alles draait om het beheersen van de geest. Zoals het menselijk lijden en verlangen niet bepalend mogen zijn voor de gedachte van de geest en het geluk dat een ieder bij zich draagt. Alles in het hier en nu. Het is een heel dankbaar gesprek wat ik met deze 27 jarige monnik voer. Met zijn vergaarde kennis helpt Sirup mensen die problemen hebben. Veelal de minder bedeelden die mentale kracht en hoop nodig hebben om hun levensweg te vervolgen. Dit soort ontmoetingen maken mijn bezoek aan de Boudhanath Stupa dubbel en dwars waard.
Wanneer ik na enkele uren weer bij het hotel word afgezet ga ik direct een kijkje nemen op de zevende verdieping. Er is hier een sauna en een massagesalon te vinden hebben ze me bij de receptie verteld. Tijd om daar maar eens goed gebruik van te maken. Het zijn de laatste dagen van het jaar. Aangezien ik een paar dagen mindere dagen achter me heb liggen en prima invulling. Ik neem ’s avonds nog wel een kijkje in de Sisha bar maar maak vroegtijdig een einde aan deze dag.
De laatste dag van het jaar is aangebroken. Tenminste, voor westerse begrippen. Hier in Nepal leeft men volgens een andere kalender en is het nu het jaar 2079 en viert men het nieuwjaar op 14 april. Het neemt niet weg dat hier alles vandaag in gereedheid wordt gebracht om er een groot feest van te maken. De clubs en kroegjes die er in overvloed aanwezig zijn promoten hun activiteiten en op straat worden op diverse plaatsen podiums gebouwd waar bands zullen spelen om een onstuimige massa te vermaken. Want druk zal het worden. Het is in het weekend sowieso erg druk maar vanavond staat ook heel Kathmandu op zijn kop. Ik schrijf mijn laatste gedachten op in het Himalayan Java café in Thamel en denk terug aan de dagen van 2022 die achter me liggen. Zoals ik ieder jaar eigenlijk doe. Mijn eigen levensboek nog eens terugblader om te beseffen waar ik op dit moment sta. Het ook dit jaar weer een uitdaging is geweest om lijden en verlangen naar de achtergrond te verdringen zoals Sirup zo mooi wist te verwoorden. Zou heel veel dingen anders willen zien maar ben dankbaar voor wat me gegeven is in het afgelopen jaar. Nu in Kathmandu, volledig hersteld van gezondheidsklachten en klaar om 2023 groots in te luiden. Laat het een fantastisch jaar worden. Ik wens iedereen een heel gelukkig Nieuwjaar.